“De taak van een boer is het telen van gezond voedsel, zónder chemie”

 

Als zaadhandel hebben wij één grote missie: bijdragen aan de omschakeling naar 100% biologische landbouw. Dat doen we door constant nieuwe rassen te ontwikkelen die problemen van biologische telers oplossen. Een van die telers is Jan Willem Bakker, die meerdere pompoenrassen van ons test. 

Met de natuur mee boeren

 

Op de 90 hectare van het biodynamische familiebedrijf BakkerBio groeit van alles: bloemkool, knolselderij, pootaardappels, uien, graan en pompoen. Als rustgewas, het gewas tussen teelten in, staat er gras met kruiden dat in de herfst- en wintermaanden voer is voor de koeien die het bedrijf heeft. In de lente en zomer lopen de dieren vrij in Nationaal Park Lauwersmeer. Van de koeienmest die de dieren produceren als ze binnen staan, profiteren de groenten op hun beurt weer. “Een mooie manier om met de natuur mee te boeren”, vertelt Jan Willem Bakker.

Nieuwe rassen testen

 

Jan Willem werkt sinds een paar jaar samen met De Bolster. Op zijn pompoenvelden kweekt hij onder andere het ras ‘Uchiki Kuri’, een grote en populaire pompoen onder telers. Op zijn velden reserveert hij stukjes grond om proeven te doen met nieuw ontwikkelde rassen. Een van die rassen is de ‘BOL-P-5106’ waar Jan Willem erg enthousiast over is.

 

“Dit ras heeft een langere bewaarbaarheid dan de meeste andere rassen, iets dat voor ons als teler belangrijk is. In de winter ontstaat er regelmatig rot in de pompoenen, die we dan moeten weggooien. Een langere bewaarwaarheid is dus zeer welkom. De resultaten van de proeven waren goed, dus dit ras komt aankomend seizoen zeker terug.”

Dezelfde idealen

 

Voor De Bolster is het testen van de nieuwe rassen op verschillende plekken en de feedback van telers zoals Jan Willem essentieel. Wat voor een teler in het zuiden van het land werkt, kan in Groningen, waar BakkerBio, zit weer heel anders uitpakken. Twee keer per jaar komt er iemand langs om de proefvelden van Jan Willem te bekijken en zijn ervaringen te horen. En nog een keer in de winter tijdens het bewaarseizoen.

 

 

 

“Ik wil niet dat de mensen die mijn voedsel eten allerlei chemische stoffen binnenkrijgen, ook al valt het binnen de ‘veilige’ normen.”

 

 

 

Jan Willem is tevreden over samenwerking met De Bolster. “De lijnen zijn kort en we delen dezelfde idealen. De gangbare, oftewel chemische landbouw zoals ik het noem, is in mijn ogen een eindig verhaal. We beheren deze aarde als mens niet zo goed. In mijn visie is onze grond de erfenis van de generatie voor ons en je geeft hem door aan de generatie na je. Wat doen we de komende generaties aan met de gangbare manier van landbouw bedrijven? Welke erfenis krijgen zij aan chemie in de grond?  De taak van een boer is produceren van gezond voedsel. Met de hoeveelheid chemie die er nu in gewassen zit, kun je je afvragen of dat nog wel klopt. Ik wil niet dat de mensen die mijn voedsel eten allerlei chemische stoffen binnenkrijgen, ook al valt het binnen de ‘veilige’ normen.”

Geen gesleutel aan gewassen

 

Jan Willem vervolgt: “En al dat gesleutel aan gewassen, zoals met CRIPSR-Cas (zie het interview met Frans, red), daar heb ik geen goed woord voor over. Je weet niet welke eigenschappen je ‘wegknipt’. Het voelt voor mij als knippen en plakken en een wedstrijd wie het mooiste knutselwerkje heeft. En de grote chemiebedrijven zullen altijd winnen. Maar chemie hoort niet thuis in voedsel.

 

De grootste missie van dat soort bedrijven is niet gezond voedsel produceren, maar hun aandeelhouders tevreden houden. Dat moeten we niet willen. Mijn hoop voor de toekomst is dat er een grote sprong wordt gemaakt naar biologisch geteeld voedsel, zónder chemie. En daar hebben we zaadbedrijven en telers voor nodig, maar ook de consument die meer biologisch voedsel koopt. Samen kunnen we de landbouw hervormen.”

This site is registered on wpml.org as a development site. Switch to a production site key to remove this banner.